Begroting 2019

Financiële begroting

Onontkoombare ontwikkelingen

Bedragen × 1.000

Onontkoombare ontwikkelingen

2019

2020

2021

2022

1

Herijking verkoopprognose vastgoed

€ 427-

€ 1.589

€ 1.079

€ 40-

2

Kapitaallasten/Treasury

€ 42-

€ 131-

€ 102

€ 650-

3

Verwerking accrespercentages

€ 239

€ 268

€ 273

€ 254

4

Areaaluitbreiding openbare ruimte

€ -

€ 110-

€ 460-

€ 460-

5

ICT

€ 110-

€ 110-

€ -

€ -

6

Sport

€ 204-

€ 94-

€ 94-

€ 85-

7

Eneco

€ 2.000

€ -

€ -

€ -

8

Afvalstoffenbelasting

€ 208-

€ -

€ -

€ -

9

Overige verschillen

€ 152-

€ 185

€ 195

€ 8-

Totaal Onontkoombare ontwikkelingen

€ 1.096

€ 1.597

€ 1.095

€ 989-

1. Herijking verkoopprognose vastgoed
Wijzigingen in de vastgoedportefeuille werken sinds het opheffen van de reserve vastgoed direct door in de exploitatie. Met betrekking tot de jaren 2020 en 2021 is er een toename in de verwachte (netto) verkoopopbrengsten. Deze hebben een plek gekregen in de begroting. In 2019 moeten er eenmalige kosten worden gemaakt om enkele panden verkoop klaar te maken.

2. Kapitaallasten/Treasury
In de begroting zijn de kapitaallasten aangepast op de (verwachte) realisatie van de investeringen (die horen bij de kredieten) tot en met 2018 en de gevoteerde kredieten 2019 en verder. Vervolgens is de financieringsbehoefte hierop aangepast. Dit resulteert in genoemde aanpassing van de begroting. De jaarschijf 2022 is hierbij negatief, omdat in de Kaderbrief 2019 een te positieve aanname is gedaan over de rentevrijval op langlopende leningen (punt i). Dit mede omdat er op dat moment nog geen inzicht was in de nieuwe ambities.

Op het moment dat de aandelen Eneco worden verkocht, treden er grote effecten op binnen zowel de kapitaallasten als binnen treasury. In de begroting is hier nog geen rekening mee gehouden.

3. Verwerking accrespercentages
In de Kaderbrief 2019 zijn besluiten genomen over de te hanteren accres percentages voor de Begroting 2019. Deze percentage zijn toegepast tijdens het opbouwen van de begroting. Hierbij zijn positieve verschillen opgetreden ten opzichte van de raming van dit effect ten tijde van de Kaderbrief.

4. Areaal uitbreiding openbare ruimte
In het raadsvoorstel Realisatie hoofdinfrastructuur WDO - Dordtse Kil IV is reeds melding gemaakt over de hoogte van de kosten van de areaaluitbreiding. Deze zijn verwerkt in de begroting.

Ook de Prins Clausbrug brengt gewijzigde areaallasten met zich mee. De reguliere componenten van deze areaal uitbreiding (onderhoud en energie) zijn opgenomen in de begroting. De kosten met betrekking tot de brugbediening staan nog op p.m. De precieze wijze waarop de brugbediening uitgevoerd gaat worden wordt nog verder onderzocht.

5. ICT
Er is incidenteel € 110.000 begroot (2019 en 2020) om aan de steeds zwaarder wordende wettelijke eisen vanuit informatiebeveiliging en ENSIA te voldoen.

6. Sport
Er resteert een taakstelling voor sport als uitvloeisel van de bezuinigingsoperatie Agenda voor de Stad (zie Kadernota 2016). De taakstelling wordt met een jaar vertraging gerealiseerd. Daarnaast blijkt een gedeelte niet uitvoerbaar.

7. Eneco

Door Eneco wordt de laatste jaren meer dividend uitgekeerd dan begroot. De verwachting is dat ook in 2019 meer dividend (over 2018) zal worden uitgekeerd dan begroot. De dividend opbrengst van € 2,0 mln. is in 2019 daarom opgehoogd naar € 4,0 mln.

8. Afvalstoffenbelasting

Conform de recent gepubliceerde Miljoenennota stijgt de afvalstoffenbelasting per 1 januari 2019 van € 13,21 naar € 31,39 per ton. Het Rijk verzwaart hiermee de kosten van het verwerken van restafval, met de bedoeling dat de hoeveelheid restafval sneller wordt teruggebracht. De verwerkingskosten voor restafval worden bij gelijkblijvende hoeveelheden ongeveer € 415.000 hoger. Wanneer dit volledig wordt doorgerekend dan betekent dat een verhoging van € 8,64 van de afvalstoffenheffing.

In de Begroting 2019 wordt de helft van de meerkosten verrekend via de lokale heffingen. Bij het reinigingsrecht is hiervoor een extra stijging met 4,2% (bovenop de index uit de Kaderbrief 2019) nodig. De stijging van de afvalstoffenheffing bedraagt 1,56% (bovenop de index uit de Kaderbrief 2019), oftewel € 4,32 extra per huishouden. De tweede helft van deze meerkosten komt in 2019 ten laste van het resultaat. De oplossing ten aanzien van 2020 en verder wordt onderdeel van het Grondstoffenbeleidsplan in combinatie met tariefstelling van de afvalstoffenheffing/reinigingsrecht. Om hierover een onderbouwd besluit te kunnen nemen, betrekken we de resultaten uit de lopende proeven.


9. Overige verschillen
Naast alle toegelichte verschillen zijn er diverse (technische) wijzigingen die een plek hebben gekregen in de begroting. Gesaldeerd tellen deze op tot de weergegeven reeks.